Kurze Zusammenfassung
Wilhelm, Verwalter, und der Konvent von Sint-Gerlach in Houthem erklären, dass sie mit Zustimmung des Dekans und des Kapitels der St. Servatius-Kirche in Maastricht eine Mauer um ihr Kloster auf dem freien Gelände des Kapitels errichtet haben. Zu diesem Zweck haben sie von diesem Grundbesitz sowohl unter der Mauer als auch innerhalb der Mauer einen Morgen in der Länge und einer Rute in der Breite auf der Seite von Berg erworben. Dafür zahlen sie am ersten Sonntag nach St. Andreas einen jährlichen Erbzins von zwei Lütticher Pfennige an die Kirche St. Servatius in Berg. Mit dieser Genehmigung des freien Besitzes erkennen Propst und Konvent von Sint-Gerlach an, dass sie keine weiteren Rechte an den Gütern des Heiligen Servatius erworben haben.
Lateinischer Text der Urkunde
Universis presentia visuris Willelmus, prepositus, totusque .. conventus sancti Gerlaci, Premonstratensis ordinis, salutem cum noticia veritatis.
Noverint universi quod nos de consensu et voluntate virorum venerabilium decani et .. capituli ecclesie sancti Seruatii Traiectensis murum qui ambit claustrum nostrum, in allodio dicte ecclesie sancti Seruatii fundavimus et locavimus, ita videlicet quod in ea parte muri que respicit contra villam de Berghe, tam in muro quam infra murum, unum bonuarium terre secundum longitudinem et unam virgatam terre, decem et septem videlicet pedes, secundum latitudinem de dicto allodio optinemus. De quo siquidem allodio pro certa recognitione duos denarios Leodiensis dicte ecclesie et in eius villa de Berghe proximo die dominico post festum sancti Andree apostoli in censum heriditare solvere promittimus et tenemur. Per predictam autem dicti allodii concessionem nichil amplius iuris nobis recognoscimus acquisitum vel deinceps acquirendum in bonis ecclesie supradicte.
Et hoc tenore presentium cui sigillum ecclesie nostre est appensum protestamur.
Actum et datum feria quarta ante Nativitatem beate Marie, anno Domini Mº CCº LXX nono.
Niederländische Übersetzung
Willem, proost, en het convent van het premonstratenzerklooster Sint-Gerlach verklaren dat ze met instemming van deken en kapittel van de Sint-Servaaskerk te Maastricht in het allodium van de Sint-Servaaskerk een muur rond hun klooster hebben gebouwd. Hiervoor hebben zij in het gedeelte van de muur aan de zijde van Berg uit dat allodium zowel onder de muur als erbinnen één bunder in de lengte verworven en één roede in de breedte, namelijk 17 voet. Daarvoor zullen zij op de eerste zondag na Sint-Andreas aan de Sint-Servaaskerk een erfelijke jaarrente van twee penning Luiks betalen te Berg. Met deze vergunning van het allodium erkennen proost en convent van Sint-Gerlach geen verder recht verworven te hebben in de goederen van Sint-Servaas.
Het klooster Sint-Gerlach heeft bezegeld.
Gegeven op 6 september 1279.
Nadere toelichting
Lees meerWillem, proost, en het convent van Sint-Gerlach (te Houthem) verklaren dat zij met instemming van deken en kapittel van de Sint-Servaaskerk te Maastricht in het allodium van het kapittel een muur rond hun klooster gebouwd hebben op een stuk grond van één bunder in de lengte en één roede in de breedte aan de zijde van Berg tegen een erfelijke jaarrente van twee penning Luiks.
Origineel
[A]. Niet voorhanden.
Afschrift
B. 1279 september 6, Maastricht, RHCL, toegangsnr. 14.D003, archief klooster Sint-Gerlach te Houthem, inv. nr. 31, reg. nr. 21, vidimus door deken en kapittel van de Sint-Servaaskerk te Maastricht, zie infra nr. 25, naar [A].
Uitgave
Niet eerder uitgegeven.
Regest
Niet voorhanden.
Ontstaan en samenhang
Onderhavige oorkonde is samen met twee andere oorkonden inzake de bouw van de muur op eenzelfde dag uitgevaardigd, zie infra nrs. 25 en 26.
Partner
Spender