Kurze Zusammenfassung
Hendrik, Abt, und der Konvent der Sint-Paulus Abtei in Utrecht versprechen, fünf Jahre lang alle Einkünfte aus ihren Zehnten und Gütern in Zandwijk in Geld umzutauschen und dieses Geld der Äbtissin und dem Konvent von Thorn zu geben als Entschädigung für den rückständigen Pachtzins an Dirk van Heeswijk aus den Gütern in Avezaath und Hemert . Sollte es darüber zu einem Streit zwischen den Abteien kommen, werden sie zwei namentlich genannte Schiedsrichter mit einer Entscheidung betreuen. Es werden auch Vorkehrungen für einen möglichen dritten Schiedsrichter getroffen. Zur Ausarbeitung und Umsetzung der Bedingungen ernennen Abt und Konvent der Sint-Paulus Abtei auch Bürgen. Auf Verlangen der Äbtissin und des Konvents von Thorn oder ihres Verwalters kommen diese Bürgen nach Rhenen oder Tiel und bleiben dort, bis die Angelegenheit zur Zufriedenheit der Äbtissin und des Konvents von Thorn geregelt ist.
Lateinischer Text der Urkunde
Niederländische Übersetzung
Hendrik, abt, en het convent van de Sint-Paulusabdij te Utrecht beloven voor een periode van vijf jaar, ingaand op 1 mei eerstkomend, aan abdis van convent van de abdij van Thorn de vruchten en alle recognitiegelden die hun zijn afgestaan uit hun tienden en andere goederen te Zandwijk, die zij voor meerdere jaren schuldig waren aan Dirk van Heeswijk, ridder, als vergoeding voor de pacht van de goederen van abdis en convent te Avezaath en Hemert. Abt en convent van de Sint-Paulusabdij zullen deze tienden en hun andere voornoemde goederen te Zandwijk gedurende die vijf jaar verzamelen en alles wat daar uitkomt of zou kunnen uitkomen zullen zij in geld omwisselen. En dat geld zullen zij in zijn geheel jaar in jaar uit aan abdis en convent van de abdij van Thorn toewijzen en door hun boden naar Thorn of de abdij van Thorn zenden gedurende die vijf jaar. En indien zij hier misschien geen geloof aan willen hechten, dan zullen abt en convent van de Sint-Paulusabdij dit onder ede verklaren. Bovendien, indien iemand hun gedurende die vijf jaar enige overlast zou bezorgen of een belemmering zou opwerpen, dan zullen zij die op hun kosten wegnemen; en indien zij ten gevolge daarvan schade zouden oplopen, dan zullen ze die volledig vergoeden en teruggeven. En indien er inzake die schade of welke andere condities dan ook geen overeenstemming zou kunnen worden bereikt tussen abt en convent van de Sint-Paulusabdij enerzijds en abdis en convent van Thorn anderzijds, dan zal de beslissing worden toevertrouwd aan scheidsrechters of vriendschappelijke bemiddelaars, namelijk aan Steven, deken van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, voor abt en convent van de Sint-Paulusabdij, en aan Michael, kanunnik van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel te Maastricht, voor abdis en convent van de abdij van Thorn. En mocht in die tijd één van hen of zij allebei overlijden of niet aanwezig kunnen zijn bij dat oordeel of die bemiddeling, dan zullen zij anderen in hun plaats uitkiezen of hen vervangen indien nodig. En indien de scheidsrechters een eind maken aan deze zaak, dan zullen abt en convent van de Sint-Paulusabdij zich onderwerpen aan de uitspraak, het oordeel of de overeenkomst. Maar als de twee scheidsrechters niet tot overeenstemming zouden kunnen komen, dan zullen zij een derde kiezen. En als zij over de derde persoon geen overeenstemming kunnen bereiken, dan zal de abt van Mariënweerd de derde zijn. En met die derde persoon stemmen abt en convent van de Sint-Paulusabij in of zal diegene die de volle macht heeft om te bemiddelen en de zaak te beëindigen de derde aangeven. En abt en convent van de Sint-Paulusabdij zullen volgens het oordeel, de verordening of genoegdoening van de twee of drie scheidsrechters abdis en convent van Thorn volledig tevreden stellen. En voor het maken en uitvoeren van de voorwaarden stellen abt en convent van de Sint-Paulusabdij volgende personen aan voor abdis en convent van Thorn als gezamenlijke borgen: Steven, deken van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, Hubert, schatbewaarder van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, Tielman van Keulen, Gijsbert van Amstel en meester Hendrik, kanunniken van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel te Utrecht. En zij zullen op verzoek van abdis en convent van Thorn of hun zaakvoerder in Rhenen of Tiel verblijven, er overnachten op hun eigen kosten en daar niet eerder vertrekken dan vooraleer de voornoemde zaken of enige bepaling daarvan bevredigend afgehandeld zijn voor abdis en convent van Thorn. En indien in de tussentijd één of meerdere van de voornoemde borgen zou komen te overlijden, dan zullen abt en convent van de Sint-Paulusabdij op verzoek een even geschikte persoon of personen aanstellen, onder de voornoemde straf. Zowel zij als Steven, deken, Hubert, schatbewaarder van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, Tielman van Keulen, Gijsbert van Amstel en meester Hendrik, kanunniken van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel te Utrecht, beloven als borgen al deze zaken krachtig te onderhouden, waarvoor zij trouw hebben beloofd.
Abt en convent van de Sint-Paulusabdij én de borgen hebben bezegeld.
Gedaan en gegeven in 1269.
Nadere toelichting
Lees meerHendrik, abt, en het convent van de Sint-Paulusabdij te Utrecht beloven gedurende vijf jaar de inkomsten uit hun tienden en goederen te Zandwijk aan abdis en convent van Thorn te geven als schadeloosstelling voor de achterstallige pacht uit de goederen te Avezaath en Hemert en wijzen scheidsrechters aan ingeval hierover een conflict zou ontstaan.
Origineel
A. Maastricht, HCL, toegangsnr. 01.187A, archief Vrije Rijksheerlijkheid Thorn, inv. nr. 45.
Afschrift
B. gelijktijdig, Ibidem, toegangsnr. 01.187A, archief Vrije Rijksheerlijkheid Thorn, inv. nr. 45, door de abdij van Thorn, eertijds bezegeld door abdis en convent van Thorn, naar A.
Uitgave
a. Ketner, OSU IV, 43-44, nr. 1770, naar A.
Ontstaan en samenhang
Zowel het origineel als het gelijktijdig afschrift is gemundeerd door een scriptor uit de abdij van Thorn, die werkzaam was in de periode 1262 tot en met 1273. Voor de lokalisering van deze scriptor, zie Collectie Thorn, nr. 17.
Op 1 december 1270 hebben abdis en convent van Thorn een oorkonde uitgevaardigd waarin zij de in onderhavige oorkonde gestelde borgen, namelijk Steven, deken van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, Hubert, schatbewaarder van de Sint-Pieterskerk te Utrecht, Tielman van Keulen, Gijsbert van Amstel en meester Hendrik, kanunniken van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel te Utrecht, manen om binnen Rhenen of Tiel in leisting te gaan omdat de Sint-Paulusabdij de beloofde betaling niet heeft gedaan aan de abdij van Thorn. Deze oorkonde berustte blijkens Ketner, OSU IV, 58, nr. 1790, in het archief van de abdij van Thorn onder inv. nr. 45 en was getransfigeerd aan afschrift B van onderhavige oorkonde. Thans is dit stuk niet meer voorhanden. Voor de editie van de oorkonde d.d. 1 december 1270, zie Ketner, OSU IV, 58-59, nr. 1790.
Partner
Spender