Kurze Zusammenfassung
Hendrik, Verwalter der Klöster Sankt-Marien in Heinsberg und Sint-Gerlach in Houthem, erklärt, dass Mathilde, Magister von Sint-Gerlach, einen jährlichen Zins von vier Schilling aus früheren Schenkungen von zwei Häusern in Aachen und einem Malter(etwa 150 l) Roggen in Daniken für die Krankenstation von Sint-Gerlach vorgesehen hat. Er gibt eine Liste des Viehbestands und genehmigt die Zuweisung von Mathilde an die Krankenstation.
Lateinischer Text der Urkunde
Litteraruma testimonio memorie fulcitur eternitas et gestarum rerum notitia per succedentium temporum curricula propagatur.
Eapropter ego Henricus, Heynsbergensis et sancti Gerlaci ecclesiarum dictus prepositus, omnibus sancte matris ecclesie filiis tam presentibus quam futuris declarandum duxi quod Mechtildis, magistra ecclesie sancti Gerlaci, communicato cum sororibus iamdicte ecclesie consilio, requisito insuper et inpetrato nostro consensu, ex elemosinis fidelium oblatione sancto Gerlaco collatis specialiter quosdam reditus adsignavit infirmitorio sepedicte ecclesie sancti Gerlaci, videlicet quatuor solidos in Aquis de duabus domibus censuali iure annuatim persolvendos, maldrum siliginis annuatim in Danecke. Dictumb infirmitorium sancti Gerlaci ad presens habethc viginti quatuor oves, vaccam et vitulum et matrem porcorum, sedecim pullos et duodecim annetas.
Cum igitur sanctis ac Deo placitis et fraterne karitatis conpagem conservantibus operibus benivolo sit semper animo atque favore concurrendum, hoc quod dicta magistra cum omnium sororum unanima voluntate infirmitorio sancti Gerlaci pietatis intuitu deputavit, laudavimus, ut dignum est, et approbamus et sigillis Heynsbergensis ecclesie et sancti Gerlaci roboravimus.
Et tam ipsos qui supra nominati sunt et omnes qui subsequenti tempore dicto infirmitorio iusto titulo provenerint reditus, sub interminatione terribilis anathematis eidem infirmitorio confirmamus.
Acta sunt hec anno Domini Mo CCo XXXo VIo in ecclesia sancti Gerlaci, quarto nonas septembris.
a vergrote initiaal A.
b beginletter verbeterd uit andere letter doorschrijfhand A.
c aldus A, lees habet.
Niederländische Übersetzung
Hendrik, proost van de kloosters te Heinsberg en Sint-Gerlach, verklaart dat Mathilde, magistra van Sint-Gerlach, in overleg met de zusters aldaar en na het vragen en verkrijgen van zijn toestemming enkele inkomsten, uit de giften van de gelovigen aan Sint-Gerlach geschonken, speciaal heeft toegewezen aan het ziekenverblijf van Sint-Gerlach, namelijk vier schelling, die volgens cijnsrecht jaarlijks te Aken uit twee huizen moet betaald worden, en één malder rogge jaarlijks te Daniken. Het ziekenverblijf van Sint-Gerlach heeft op dit moment 24 schapen, een koe, een kalf, een zeug, zestien kippen en twaalf eenden. De proost van Heinsberg en Sint-Gerlach hecht zijn goedkeuring aan de toewijzing die de magistra met unanieme instemming van de nonnen aan het ziekenverblijf heeft gedaan en de kloosters van Heinsberg en Sint-Gerlach bezegelen.
De proost bevestigt zowel de genoemde inkomsten als de inkomsten die in de toekomst rechtens aan het ziekenverblijf zullen toekomen, onder dreiging van een verschrikkelijke vervloeking.
Gedaan op 2 september 1236, in de kerk van Sint-Gerlach.
Nadere toelichting
Lees meerHendrik, proost van de kloosters (van Sint-Marie) te Heinsberg en Sint-Gerlach (te Houthem), verklaart dat Mathilde, magistra van Sint-Gerlach, een jaarrente van vier schelling uit twee huizen te Aken en een malder rogge te Daniken bestemd heeft voor het ziekenverblijf van Sint-Gerlach, geeft een lijst van de veestapel en keurt de toewijzing goed.
Origineel
A. Brussel, ARA, Diverse charters (Chartes diverses de la deuxième section), doos 1, ad datum 1236 september 2 (nr. 16594).
Aantekeningen op de achterzijde: 1° door 16e-eeuwse hand: Van den seickhuis. – 2° door 17e-eeuwse hand: No XXIIII.
Bezegeling: twee uithangend bevestigde, dubbel doorgestoken zegels, die aangekondigd zijn, namelijk: S2 van het klooster van Sint-Marie te Heinsberg, van witte was, beschadigd. – S3 van het klooster Sint-Gerlach te Houthem, van witte was, beschadigd; en één bevestigingsplaats voor een zegel dat niet aangekondigd is (LS1). Gezien de positionering is de eerste zegelsnede links abusievelijk aangebracht op die plaats. Voor een beschrijving en afbeelding van S3, zie Venner, ‘Zegels klooster Sint-Gerlach’, 151-153.
Afschrift
Niet voorhanden.
Uitgave
a. Ramackers, ‘Niederrheinische Urkunden’, 77-78, nr. 8, naar A.
Regest
Haas, Inventaris Sint Gerlach, 69, reg. nr. 6 (gedateerd 1236).
Partner
Spender