Nummer 59

1288 april 24
Typ
Wirtschaftlich
Teilen Sie diese Urkunde

Kurze Zusammenfassung

Die Schöffen von Maastricht bescheinigen, dass Jan van Cadier und Macharius, sein Sohn, auf einen auf ihrem Haus in Wyck (bei Maastricht) lastenden jährlichen Cijns von zehn Lütticher Schilling zugunsten von Aleid, Begine, Witwe des Dirk van Wyck, verzichtet haben.

Lateinischer Text der Urkunde

Nosa Godefridus Flormanni, Baldewinus Caseus et Robertus de Moneta, scabini Traiectenses, protestamur quod Iohannes de Cadirs et Macarius, eius filius, decem solidos Leodiensis annui census, recipiendos ad domum eorum, sitam in Wic, prope domum Martini de Forum, ad opus Aleidis, relicte Theoderici de Wic, beghine, guerpierunt et effestucarunt, in tantum quod satisfactum fuit per omnia. Warandiam prestare per annum et diem et iustam querelam deponere promiserunt et tantos denarios prestare dicte Aleidi et per tanti temporis spacium quantos ab ea receperint occasione dicte venditionis, si dictus census evincereb contingat, et quod Theodericum et Idam, eiusc pueros, cum ad etatem legitimum pervenerint, ad hoc inducent, quod dictum censum effestucabunt et renunciabunt in tantum quod satis erit. Et ad id faciendum Gosewinum de Ittere, eius sororium, constituit in debitorem Robertum, scabinum predictum, et Iohannem de Susghen in fidei[us]sores. Qui census persolvetur pro dimidietate in Nativitate beati Iohannis et pro reliqua dimidietate in Nativitate Domini.

Datum in vigilia Marci ewangeliste, anno Domini M° CC° octagesimo octuagesimod.

Niederländische Übersetzung

Godfried, (zoon) van Florens, Boudewijn Caseus en Robert de Moneta, schepenen van Maastricht, maken bekend dat Jan van Cadier en zijn zoon Macharius afstand hebben gedaan van een jaarlijkse cijns van tien schelling Luiks, te ontvangen uit hun huis in Wyck, bij het huis van Maarten de Forum, ten behoeve van Aleid, weduwe van Dirk van Wyck, begijn, en zoveel hebben gedaan dat aan alle eisen is voldaan. Zij hebben beloofd vrijwaring te verstrekken binnen jaar en dag, een rechtmatige klacht af te doen en zoveel penningen te overhandigen aan Aleid over een evenlange tijdspanne als ze van haar hebben ontvangen voor de verkoop, indien deze cijns zou worden uitgewonnen. Ook zullen ze Dirk en Ida, hun kinderen, overhalen om afstand te doen van de cijns zoveel als voldoende zal zijn, wanneer zij tot de jaren des onderscheids zijn gekomen. En om dit te bewerkstelligen heeft Jan zijn zwager, Gozewijn van Itteren, als schuldenaar aangesteld en Robert de Moneta en Jan van Susghen als borgen. De ene helft van de cijns moet worden betaald op 24 juni, de andere met Kerstmis.

Gegeven op 24 april 1288.

Genannte Personen
Aleid, begijn, weduwe van Dirk van Wyck
Boudewijn Caseus, schepen van Maastricht, vader van Boudewijn en Lodewijk
Dirk van Wyck, echtgenoot van Aleid
Dirk, zoon van Dirk van Wyck en Aleid
Godfried, zoon van Florens, schepen van Maastricht
Gozewijn van Itteren, zwager van Dirk van Wyck en Aleid
Ida, dochter van Dirk van Wyck en Aleid
Jan van Cadier, vader van Macharius
Jan Susghen
Maarten de Forum
Macharius, zoon van Jan van Cadier
Robert de Moneta, schepen van Maastricht
Genannte Orte
Maastricht
Münze von Lüttich
Wyck
Ausgabe
Geertrui Van Synghel
Der folgende Text wird nicht übersetzt, wenn eine andere Sprache ausgewählt wird
Teilen Sie diese Urkunde

Partner

Spender

Familie Beijer
© 2025 WaarvanAkte.eu, eine Initiative der Stichting Limburgse Oorkonden
Erstellt von Hive Collective