Kurze Zusammenfassung
Der römische König Otto III. überträgt Ansfried das Eigentum an den Gütern, die der Graf bisher zu Lehen hatte, mit allen damit verbundenen Vorteilen, unter anderem an Grundstücken, Gebäuden, Gewässern und Straßen. Außerdem darf Ansfried entscheiden, was mit all dem geschehen soll. Dazu gehören ein Teil de Zölle, der Münze und der Cijns in Medemblik sowie Güter, die sich in der Grafschaft Friesland und in dem Land Niedermaas befinden. Otto nimmt diese Eigentumsübertragung durch die Fürsprache seiner Mutter Theophano vor.
Lateinischer Text der Urkunde
Niederländische Übersetzung
Koning Otto maakt bekend dat hij vanwege het verzoek van zijn moeder Theophano, keizerin, en door tussenkomst van zijn getrouwen Willigis, aartsbisschop van Mainz, Hildebald, bisschop van Worms, en Notger, bisschop van Luik, het volgende in eigendom heeft gegeven aan zijn getrouwe graaf Ansfried: het deel van de tol, munt en cijns dat Ansfried tot nu toe met zijn toestemming in leen hield in Medemblik en dat wettelijk onder koninklijk recht valt, alsmede alles wat hij in het graafschap Friesland bezat en in enigerlei gebruik had uit het deel van het leen van Otto, en ook die delen van het leen in Nedermaasland die Ansfried tot nu toe heeft en hem door Otto zijn verleend. Hij heeft dit geschonken samen met alle baten die tot die leengoederen behoren in hofsteden, gebouwen, bebouwde en onbebouwde gronden, akkers, weiden, bossen, jachtrechten, wateren en waterlopen, visserijen, begaanbare en onbegaanbare wegen, inkomsten en opbrengsten, belastingen en heffingen en alle andere toebehoren die tot nu toe gezegd of genoemd kunnen worden, en wel onder de volgende conditie dat Ansfried de vrije macht zal hebben om vanaf dit ogenblik de voornoemde goederen, door Otto aan hem uit zijn eigendom overgedragen, te houden, over te dragen, te verkopen, uit te wisselen of alles te doen wat hij er zou willen mee doen. Otto heeft opdracht gegeven om dit bevel te tekenen met de indruk van zijn zegel en hij heeft het eigenhandig bekrachtigd.
Ondertekening door Otto.
Hildebald, bisschop, en kanselier uit naam van Willigis, aartskapelaan, heeft de echtheid bevestigd.
Gegeven op 26 juni 98[5], gedaan te Frankfurt.
Nadere toelichting
Lees meerRooms-koning Otto III schenkt op voorspraak van keizerin Theofano en door tussenkomst van de aartsbisschop van Mainz en de bisschoppen van Worms en Luik aan graaf Ansfried een deel van de koninklijke inkomsten uit de tol, munt en cijns te Medemblik, dat deze tot nu toe van hem in leen hield, alsook de van de koning gehouden lenen in het graafschap Friesland en in Nedermaasland.
Origineel
A. Maastricht, HCL, toegangsnr. 01.187A, archief Vrije Rijksheerlijkheid Thorn, inv. nr. 2 (zwaar beschadigd).
Uitgave
a. Koch, OHZ I, 100-103, nr. 54, naar A.
Partner
Spender